Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En aan Izak gaf Ik [5]Jakob en Ezau; en Ik gaf aan Ezau het gebergte Seir, om dat erfelijk te bezitten; maar Jakob en zijn kinderen togen af in Egypte. 5. Hier wordt Ezau de eerstgeborene niet eerst genoemd, maar Jakob. Zie dergelijks ook Gen.11:26, en 1 Kron.1:28, en vs.5.